Veel mensen schrikken wanneer ze ’s avonds vlak over hun hoofden vliegen. Ik heb het hier over het enige vliegende zoogdier: de vleermuis.
Vleermuizen zijn goed te zien wanneer het begint te schemeren. Sommige soorten jagen dan op insecten en proberen deze uit de lucht te vangen. Omdat ze in de schemering weinig kunnen zien, hebben ze een speciale manier om in het donker te weten waar hun prooi zich bevindt. Dit heet ‘echolocatie’.
Een vleermuis zendt heel hoge geluiden uit, welke mensen niet kunnen horen. Geluiden die te hoog zijn voor mensen om te kunnen horen, noem je ultrasone geluiden. De geluiden kaatsen tegen alles wat in de omgeving van de vleermuis aanwezig is, bijvoorbeeld een tak van een boom, bladeren, een muur van een huis en tegen het lichaam van een insect.
De weerkaatsing (echo) van het geluid, komt weer terug bij de vleermuis. Door de snelheid waarmee de echo terugkomt bij te houden, weet een vleermuis op welke locatie zich een prooi bevindt.
In de winter houdt een vleermuis een winterslaap. Wanneer het warmer wordt, wordt de vleermuis actiever. Vaak is dit van mei tot oktober. In deze periode kan een vleermuis wel 40.000 muggen vangen! Erg handig dus, die vleermuizen als muggenvangers!