Wanneer mensen de naam bedwants horen, krijgen ze vaak een beeld bij een beest dat in een bed leeft, waarvan zij liever hebben dat het beest niet in hun bed leeft. Bedwantsen danken hun naam inderdaad aan het feit dat ze in bed leven.
Bedwantsen zijn brede, platte insecten die leven van bloed. Wanneer een bedwants prikt om zich vol te zuigen met bloed, spuit deze tegelijkertijd een antistollingsmiddel en een verdovingsmiddel in. Zo voel je de prik niet, en kan de bedwants voldoende bloed opzuigen zonder dat het bloed stolt.
Bedwantsen leken in hun bestaan erg teruggedrongen, totdat men besloot dat DDT verboden moest worden. Dit middel werkte goed tegen bedwantsen. Inmiddels komen er steeds meer bedwantsen voor, die vooral verspreid worden door reizende mensen. Bedwantsen reizen vanaf het hotel weer mee terug naar huis, of naar een ander hotel.
Wanneer een mannetje de eitjes van een vrouwtje wil bevruchten, gaat dit hardhandig. Het mannetje maakt een gaatje in het lijf van het vrouwtje en laat zijn geslachtscellen daar achter. Deze bevruchten de eicellen van het vrouwtje, welke vervolgens eitjes legt. Een vrouwtje kan tot 20 keer eitjes leggen, meestal een tiental per keer.