Koolmezen zijn kleine vogels, welke we veel in tuinen kunnen zien. Ondanks zijn geringe grootte, is de koolmees de grootste mezensoort in Nederland.
Koolmezen worden vaak verward met de pimpelmees. Koolmezen zijn groter dan pimpelmezen, ze zijn immers de grootste mezensoort. Op grootte is het onderscheid soms lastig te maken, zeker wanneer je één vogel ziet. Het gemakkelijkst herken je een koolmees dan aan zijn zwarte kop. Pimpelmezen hebben een paarse kop (pimpelpaars). Verder heeft een koolmees een zwarte ‘stropdas’.
Koolmezen zijn standvogels, wat inhoudt dat ze het gehele jaar in dezelfde omgeving blijven. In de broedperiode, het voorjaar, zie je koolmezen op zoek gaan naar een nestkast. Bij beleefdelente.nl kan je dan meekijken hoe het er in zo’n nestkast aan toe gaat.
Koolmezen eten in de zomer vooral veel insecten. Met name voor de jongen is dit eiwitrijke voedsel noodzakelijk omdat het voedingsstoffen bevat voor hun groei. In de winter zijn er nauwelijks insecten te vinden en gaat een koolmees op zoek naar noten en zaden. Veel mensen voeren vogels dan bij met zogenaamde vetbollen. Op deze website zie je hoe je zelf vetbollen kunt maken!